Ritme in zinnen met cholera

Af en toe geven we op Schrijfjuffers.nl het woord aan een gastblogger. Iemand die, net als wij, zijn of haar auteurservaring met andere schrijvers en lezers wil delen. Omdat we ervan overtuigd zijn dat als we van elkaar kunnen leren, dat ons allemaal verder helpt.

Peter Passenier is journalist en schrijftrainer. Zijn visie op schrijven is inspirerend. Meer informatie daarover in woord en beeld is te vinden op zijn site schrijvenmetbeloftes.nl. En hieronder de praktijk.

Ritme in zinnen met cholera

Leiden, eind 2019. Ik stond op het punt de supermarkt binnen te gaan toen ik moest uitwijken voor een paar jonge fietsers. Drie meisjes en een jongen. ‘Hier links!’ brulde de laatste van onder zijn capuchon. ‘Links! Hier! Nu!’

Micromanagement, heet dat in bedrijfstaal. En de HR managers die ik heb geïnterviewd, roepen collectief dat dat niet werkt. Terecht, zo bleek. Want de meisjes gingen alle drie naar rechts.

De jongen keek ze een tijdje na. Toen sprak hij de volgende woorden:

‘Krijg nou takke tering tyfus alle drie de cholera.’

Vervolgens draaide hij zich om – en zag dat ik het had gehoord. ‘Sorry meneer’, zei hij zachtjes. En hij fietste zijn groepje achterna.

Hermans

Wilde ik roepen dat ik 50+ was? Dat ik dus ernstig geschokt ben door scheldwoorden? Nee. Ik had hem willen vertellen dat hij goed bezig was, nog beter dan Willem Frederik Hermans.

Want die begon ooit een verhaal als volgt:

Als Clemens bij uitzondering eerder uit zijn bed kwam dan Sita, ging hij naar de keuken om thee te zetten en terwijl hij wachtte tot het water kookte, dacht hij: ‘Ik ben toch eigenlijk een goed mens dat ik haar niet vergiftig.’

En daar was hij trots op. Want niet alleen was de zin volgens hem heel informatief, hij was ook erg ritmisch.

Moeilijk

Ritme in zinnen. Ik vind het een moeilijk onderwerp. Oké, in een limerick zijn de spelregels helder: je zit vast aan een bepaald metrum. Duidelijke regels dus. Houvast.

Er was eens een jongen uit Leiden,
die ging eropuit met zijn meiden.
Hij zei: ga naar links,
maar zij gingen heel slinks
toch naar rechts, en dat kon hij niet lijden.

Of je Leiden mag laten rijmen op lijden, of links op slinks – ik heb geen idee. Maar het gaat hier om het ritme, en dat ligt in een limerick vast. Het is geen kwestie van smaak, je perst jezelf in een strak stramien.

Zakelijke teksten

Maar in proza lijkt dat ritme vooral een kwestie van gevoel. Want die zin van Hermans hierboven … daar hoor ik het niet. Althans veel minder dan in de scheldpartij van de capuchon-jongen.

‘Krijg nou takke tering tyfus allemaal de cholera.’

Oké, het is misschien geen mantra dat je iedere ochtend moet reciteren om richting te geven aan de nieuwe dag. Maar het swingt. Zet er muziek onder, en je hebt een liedje. Kies een stevige beat, en je gaat viral – vooral met een video vol niet-functionele dames in bikini. Let trouwens ook op de krachtige opbouw: de hele zin werkt toe naar een climax, het slotakkoord. Inderdaad: die cholera.

Waarschijnlijk schrijf jij geen songteksten. Maar waarschijnlijk worstel je wél met zinnen die niet lopen. Dan kan de capuchon-jongen je bijlichten. Zoek een stilteruimte en citeer zijn supermarkt-zin. Hopelijk slaat zijn ritme over op jouw proza.

Wellicht vind je dit ook leuk?

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.