Was sich liebt

Teuntje

‘Van alle natuur die er is, vind ik het water wel het mooist. ’ Dat schreef ik eerder deze week op  Facebook als onderschrift bij een foto van een wedstrijd van het IFKS Skûtsjesilen op het Slotermeer in Friesland. De reacties die ik kreeg waren instemmend, maar ik kreeg ook tegenwerpingen, foto’s van ander, en volgens de afzender mooier, natuurschoon en verhalen over hoe het water ook een donkere kant heeft. Ook de natuur is smaakgevoelig.  Dat blijkt!

Vrouwe Teuntje

Voor het eerst sinds zes jaar vaar ik weer met de Vrouwe Teuntje, de platbodem waar ik als kind met mijn ouders op voer en ik later met mijn kinderen vakantie mee vierde. De afgelopen zes jaar lag de Teuntje op de kant, langs ons huis, onder een mottig groen afdekzeil verdrietig te wezen. Een stoer schip onwaardig en ik keek er regelmatig met een bezwaard hart naar.

Nostalgie

Gelukkig is ze dit voorjaar vakkundig hersteld op de werf in Zeeland en voeren we twee weken geleden vol trots en blijdschap met haar naar Friesland, daar waar zo veel herinneringen liggen. De nostalgie heeft sindsdien niet alleen mij bij de kladden, ook bij mijn kinderen borrelen de verhalen op. Hoe de mast bij mooi weer regelmatig gebruikt werd om vanaf te abseilen in het water, maar ook de soms barre tochten naar het Wad met onvoorspeld slecht weer.

Was sich liebt, neckt sich

Op het water kan het spoken! Daar weet ik alles van en ik heb een herinnering daarover gebruikt voor het verhaal Paal 15, het titelverhaal van de Waddenbundel die afgelopen jaar bij de Droomvallei verscheen. Ik heb wel eens gevloekt, meerdere malen met dichtgeknepen billen en de tranen in mijn keel achter het roer gestaan. Tot op het bot verstijfd van de kou om vier uur in de nacht gevaren omdat het anker los geslagen was en we bijna te pletter sloegen tegen een ander schip. Dat klinkt niet leuk en was het soms ook niet.

De natuur in al zijn schakeringen

En toch houd ik het meest van het water. Misschien juist wel daarom. Omdat het water zich nooit laat drillen en het onvoorspelbaar is. Ik kan enorm genieten van een kabbelend beekje waar ik met mijn blote voeten doorheen kan waden op een mooie zomerdag. Maar niet minder waardeer ik de warmte van de kop chocomel met slagroom omdat ik tot mijn onderbroek toe nat ben geworden en ril van de kou. Zoals deze week toen de zonovergoten wedstrijd van het Skûtsjesilen bruut werd verstoord door een enorme onweersbui. 

De ultieme show, don’t tell

Het is de diversiteit van deze natuur die me aanspreekt. In mijn verhalen maak ik daarom graag gebruik van de locatie als meewerkend voorwerp. De natuur kan als geen ander meehelpen om de bedoeling van een scène duidelijk te maken. Daarom is de natuur voor mij de uitgelezen show, don’t tell methode. Schrijf op hoe de regen tegen de ramen klettert en je weet als lezer vanzelf in wat voor bui de hoofdpersoon is.

Wellicht vind je dit ook leuk?

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.

Deze website gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.